Snijd een sjalot zo fijn mogelijk en begin op een zacht vuurtje aan te stoven met wat hoeveboter en olie in een Tefal pan.

Dep ondertussen de kabeljauw zo droog mogelijk. Kruid langs beide kanten met peper en zout.

Bebloem of paneer en klop er de overtollige bloem (of paneermeel) weer af.

Als de sjalot glazig gestoofd is, duw je deze naar de zijkant van je pan.

Zet het vuur hoger. Voeg indien de pan droog is wat extra hoeveboter en olie toe. Leg de kabeljauwhaasjes in't midden van de pan (met de velkant naar omlaag) en bak aan 1 kant bruin ( 2-3 minuten...: hangt van de dikte van je stuk kabeljauw af, dus vraag je visboer om raad!). Vuistregel: je vis is goed gebakken als hij makkelijk van de pan loslaat.

Draai om en bak de andere kant even lang als de eerste kant.

Blus de pan met witte wijn en laat wat inkoken, zodat de alkohol kan verdampen.

Giet er de room bij.

Laat nog even verder koken tot je wijnsaus de gewenste dikte heeft en serveer: lekker met een salade en gebakken aardappelen, peterselie en een schijfje citroen.